De geschiedenis van de auto in een notendop

In september 2021 maakte de wereld kennis met de Peugeot 308, een model dat de vernieuwde ambities van de Franse autobouwer symboliseert. Het is de compacte SUV voor het digitale en elektrische tijdperk. Je kunt je moeilijk voorstellen dat een auto die zoveel moderniteit bundelde zulke oeroude roots zou hebben. En toch…

door
Laurent Zilli
Leestijd 3 min.

Het verhaal begint in een context die niet meteen uitzicht biedt op een lange en vruchtbare carrière: de diepe economische crisis van de jaren 1930. Ondanks al de ellende bestond toen toch nog een middenklasse die op zoek was naar een compacte auto, ergens tussen een kleine berline en een gezinswagen. Voor die veeleisende doelgroep creëerde Peugeot de 301, die in 1932 op de markt kwam. Hij was verkrijgbaar als berline, limousine, coupé, cabriolet en roadster. Dat eerste model van de 300-familie was meteen ook de eerste voltreffer: de Peugeot 301 vond in totaal zowat 70.500 afnemers. In 1936 volgde de 302, op een moment dat de automobielsector de aerodynamica ontdekte. Koplampen die achter de grille geïntegreerd waren, een gestroomlijnde voorkant, deze wagen was radicaal anders dan al zijn concurrenten. Hij was ook sneller, want hij haalde met gemak 100 km/u, toen nog een verbluffend resultaat. Maar het was vooral de stijl van de 302 die zich in het collectieve bewustzijn zou vasthechten. Samen met de Citroën Traction is hij een van de meest iconische auto’s van zijn tijd. De Tweede Wereldoorlog riep de veelbelovende carrière van de 300-familie een halt toe, maar het bleek gelukkig slechts een tijdelijk respijt.

Sexy jaar

In 1969 maakte de 300-reeks zijn langverwachte terugkeer met de 304, die in grote lijnen de technische basis van de 204 overnam. Zijn belangrijkste troef was een opmerkelijk binnencomfort, een essentieel kenmerk voor een gezinsberline. Hij bespeelde echter ook de gevoelige snaar van het publiek met een coupé-versie en vooral de cabriolet. In 1977 had Peugeot de opvolger klaar, de 305. Die kon prat gaan op een fantastische wegligging, gecombineerd met een binnenruimte en een comfort die niet moesten onderdoen voor het hogere segment. Argumenten genoeg om 1,6 miljoen klanten te overtuigen in de periode tot 1989. We hebben het raden naar de logica achter de naamgeving, maar in 1985 was het dan de beurt aan de… Peugeot 309. Dat was de eerste «echte compacte wagen» van het merk volgens de huidige definitie, 4,05 meter lang (19 cm korter dan de 305) en voorzien van een grote hatchback. Hij was gebaseerd op het platform van de 205, deed zijn voordeel bij de meesterlijke wegligging van dat model, en was al snel leverbaar als GTI, met 130 pk in 1987 en 160 pk in 1989. De 205 GTI was op zich al legendarisch, maar volgens kenners was de 309 GTI 16 nog krachtiger en onstuimiger. In 1993 ontdekte de wereld dan het geraffineerde design van de Peugeot 306. Een jaar later volgde de cabrio-versie ontworpen door Pininfarina, een model dat vandaag nog geen spatje verouderd is. Samen met de stationcar die in 1997 toegevoegd werd, verkocht het 306-gamma bijna 2,85 miljoen exemplaren. Zijn vervanger, de 307, die in 2002 op de markt kwam, rolde dan weer meer dan 3,5 miljoen keer van de band. Dat model nam een stijl van koetswerk aan die toen in de mode was: de Coupé Cabriolet (CC) met opvouwbare hardtop.

Het tijdperk van de 308

De eerste generatie van de Peugeot 308 werd gelanceerd in 2007. In 2013 kwam dan de Peugeot 308 II op de markt, die op zijn beurt verkozen werd tot Auto van het Jaar. Die generatie betekende ook een bepaald breekpunt voor Peugeot, want één van de belangrijkste kenmerken van het model zou weldra het hele merk typeren: een beperkt gewicht. De 308 weegt amper 1.200 kg en stelt nieuwe normen wat rijplezier betreft, onderstreept door het intussen traditionele kleine stuurwiel. Twee generaties vonden samen 7 miljoen klanten, waarmee de weg wijd open lang voor een nieuwe 308, baanbrekender dan ooit.