Aardbeving Turkije en Syrië. Dodentol stijgt naar ruim 4.300, maar zou weleens kunnen oplopen tot 20.000

Na de zware aardbeving in het grensgebied van Turkije en Syrië zijn al meer dan 4.300 doden geteld. Dat blijkt in de nacht van maandag op dinsdag uit een nieuwe balans. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) vreest dat de dodentol in de komende weken kan verachtvoudigen.

door
Belga
Leestijd 1 min.

In Turkije zijn volgens de laatste gegevens van de overheidsdienst voor rampenbestrijding (AFAD) zeker 2.921 mensen omgekomen door de aardbeving. Minstens 15.834 mensen raakten gewond.

In Syrië stierven volgens het ministerie van Volksgezondheid en de hulporganisatie Witte Helmen minstens 1.440 mensen en er vielen ruim 3.500 gewonden.

Omvang onduidelijk

De uiteindelijke omvang van de ramp is nog steeds onduidelijk. Heel veel mensen zijn nog vermist. Familieleden en reddingswerkers bleven in de nacht van maandag op dinsdag zoeken naar mensen die onder het puin bedolven liggen. Regen en sneeuw, die op sommige plaatsen met bakken uit de lucht vallen, en dalende temperaturen maken de situatie nog moeilijker.

Catherine Smallwood, namens de WHO betrokken bij noodsituaties in Europa, sluit niet uit dat het dodental op kan lopen tot voorbij 20.000. «Helaas is dit wat we vaak zien bij aardbevingen; na de eerste berichten stijgt het aantal doden en gewonden in de week die volgt significant», aldus Smallwood. «Ook is er een kans op verdere instortingen van beschadigde gebouwen.»

Reddingswerkers hebben 7.840 mensen vanonder het puin gehaald in Turkije, waar bijna 5.000 gebouwen volledig zijn ingestort.