Vastgoedmarkt koelt af vanwege duurdere leningen: woningen staan langer te koop
Huizen en appartementen in Vlaanderen staan weer langer te koop. Gemiddeld gaat het om zowat drie maanden. Dat blijkt vrijdag uit de jaarlijkse studie van vastgoedbedrijf ERA in samenwerking met de Universiteit Antwerpen.
De Vlaamse residentiële vastgoedmarkt is in de tweede helft van 2022 stilgevallen. Terwijl huizen en appartementen over het hele jaar gemiddeld nog respectievelijk 6,% en 4,8% duurder werden, vertraagde de groei fors in de laatste twee kwartalen. Zo werden huizen tussen het tweede en het vierde kwartaal amper 0,5% meer waard. De totale prijsstijgingen in 2022 bleven ook fors onder de inflatie.
«Met 0,5% mogen we spreken van een nulgroei», zegt de CEO van ERA Belgium, Johan Krijgsman. «Er zit dus zonder twijfel vertraging in de groei op de vastgoedmarkt.»
Het duurt dan ook langer voor woningen een koper vinden. In de laatste drie maanden ging het om gemiddeld 91 dagen, in het tweede kwartaal was er nog sprake van 81 dagen.
Lenen wordt duurder
Sven Damen van de UAntwerpen wijst erop dat de kanteling er kwam na de stijging van de rentevoeten, waardoor geld lenen bij de bank duurder is. «Dit is in lijn met ons eerder onderzoek dat een sterke relatie tussen de hypotheekrente en vastgoedprijzen aantoont», zegt hij.
Voorts blijkt uit de studie onder meer nog dat energiezuinige woningen aanzienlijk meer waard zijn. Voor gelijkaardige woningen lagen de prijzen bij een heel gunstig A-label op het energieprestatiecertificaat (EPC) vorig jaar gemiddeld 17,9% hoger dan bij een D-label, terwijl woningen met B- en C-labels door de band genomen respectievelijk 10,7% en 4,3% meer opleverden. Bij de nog meer energieverslindende woningen met E- en F-labels nam de waarde nog verder af.
Leuven blijft het duurst
De woningprijzen in Leuven zijn nog steeds hoger dan in andere Vlaamse centrumsteden. Antwerpen is de op een na duurste stad om een woning te kopen. Gent en Oostende staan op plaatsen drie en vier in Vlaanderen en die twee steden zijn de enige centrumsteden die hun ’prijsachterstand’ tegenover Leuven zagen krimpen. De prijzen groeien er dus sneller.
De goedkoopste woningprijzen in een centrumstad vind je in Genk, Roeselare en Kortrijk. «Dat Genk de goedkoopste centrumstad is, heeft met locatie te maken», weet Krijgsman. «Die stad ligt verder van Brussel.»
Leuven is dan weer het duurste omdat de stad dicht bij Brussel ligt, omdat er heel veel hoogopgeleiden wonen en omdat er schaarste heerst. Krijgsman legt uit: «Het is een kleine stad met een beperkt aanbod met veel vraag. Veel universiteitsstudenten blijven plakken. Er wonen veel tweeverdieners met goede inkomsten. Dat zorgt ervoor dat er daar een pittige prijs betaald wordt.»