What about ... de begroting? Wat verandert er voor jou?

De federale regering raakte het deze week eens over de meerjarenbegroting 2023-2024. Nu alle details over de maatregelen intussen bekend zijn geraakt, duiken er heel wat vragen op. Wat betekent de begroting juist voor jou?

door
Nina van den Broek
Leestijd 3 min.

Het basispakket energie: wat moet je ervoor doen?

Een steunmaatregel die heel veel gezinnen aanbelangt is het maandelijkse basispakket energie. De energiepremie van 196 euro (61 euro voor elektriciteit en 135 euro voor aardgas) was aanvankelijk enkel bedoeld voor de maanden november en december, maar werd door de regering-De Croo nu verlengd tot einde maart. Maakt iedereen aanspraak op die premie? Nee, de voorwaarden om ervoor in aanmerking te komen zijn nog steeds dezelfde als toen ze half september werden vastgelegd.

Voorwaarden voor het basispakket energie:

- Je beschikt over een variabel contract of een vast contract dat na 1 oktober 2021 werd afgesloten of hernieuwd.

- Je hebt geen recht op een sociaal tarief.

- Je belastbaar inkomen bedraagt niet meer dan 62.000 euro netto per jaar voor een alleenstaande en 125.000 euro voor een gezin.

Om de energiepremie te ontvangen hoef je verder helemaal niets te doen. Het bedrag wordt automatisch toegekend, dat wil zeggen in mindering gebracht van de maandelijkse voorschotfactuur. Ben jij heel energiezuinig en kom jij niet aan het bedrag van 196 euro energiekosten per maand? Aangezien het een forfaitaire maatregel betreft, heb je ook dan recht op de volledige premie.

Wie met stookolie (mazout) en propaan in bulk verwarmt krijgt een eenmalige stookoliecheque van 300 euro. Wie met pellets verwarmt, zal eenmalig 250 euro krijgen.

Verlies ik de woonbonus als ik al een tweede woning heb?

De federale regering besliste dat het fiscaal voordeel voor de tweede (of volgende) woning vanaf 1 januari 2024 op de schop gaat. Wie al een tweede woonst heeft aangekocht, hoeft echter niks te vrezen: je hebt nog steeds recht op een jaarlijkse belastingvermindering tot 705 euro gedurende de looptijd van de lening.

Wat verandert er aan het tijdskrediet?

Ouders die nog van plan waren om voltijds tijdskrediet op te nemen voor hun 6-, 7- of 8-jarig kind moeten zich haasten, want de regering besliste om de leeftijdsgrens voor voltijds tijdskrediet te verlagen naar 5 jaar. Die inperking gaat al in vanaf 1 januari 2023. Wie nu al tijdskrediet heeft lopen voor een kind ouder dan 5, moet zich geen zorgen maken, maar een nieuwe aanvraag moet dus voor het einde van dit jaar goedgekeurd worden om nog van de oude regeling te profiteren. Voor het deeltijds tijdskrediet werd er niet aan de leeftijdsgrens geraakt.

Wat is tijdskrediet?

Het tijdskrediet is een systeem voor werknemers in de privésector om (deeltijd of voltijds) betaald verlof te nemen. Dat kan om verschillende redenen, waar zorg voor de kinderen of voor zwaar zieke familieleden er twee belangrijke van zijn. Let op: het tijdskrediet is echter niet hetzelfde als ouderschaps- of mantelzorgverlof.

Wel werd de periode voor zowel deeltijds als voltijds tijdskrediet ingekort van 51 naar 48 maanden in totaal. Ook wijzigen vanaf 2024 de anciënniteitsvoorwaarden om tijdskrediet te kunnen aanvragen. Waar je vroeger slechts twee jaar voor dezelfde werkgever moest werken, wordt dat vanaf 2024 drie jaar.

Ten slotte zal de uitkering voor het tijdskrediet voor sommige groepen verminderen. Het basisbedrag blijft wel hetzelfde, maar het supplement van maximaal 86 euro netto per maand voor vijftigplussers en werknemers met minstens 5 jaar anciënniteit bij een bedrijf verdwijnt.

Mag ik als student nu meer uren voordelig werken?

Waar studenten voordien 475 uur per jaar mochten werken tegen verminderde sociale bijdragen, heeft de regering dat nu fors verhoogd: je zult nu maximaal 600 uur studentenarbeid kunnen uitoefenen. Ook het systeem van de flexi-jobs, waarbij je brutoloon gelijk is aan je nettoloon, wordt uitgebreid naar de landbouw, de evenementen- en cultuursector, en de zorg- en de sportsector.

Heb ik als leerkracht nu ook recht op maaltijdcheques?

Een heet hangijzer tijdens de federale onderhandelingen was de zogenaamde perequatie van de ambtenarenpensioenen: een moeilijk woord om te zeggen dat de pensioenen stijgen als ook de lonen in diezelfde sector stijgen. Uiteindelijk bleef de perequatie ongewijzigd, maar voor de voorziene loonsverhoging voor ambtenaren bleek het geld gedeeltelijk op. Ter compensatie krijgen zij nu maaltijdcheques, met als bedoeling de koopkracht te verhogen. Leerkrachten vallen hier echter uit de boot: de verloning van leerkrachten is immers een Vlaamse bevoegdheid.