Nationale Bank is geen voorstander van verplichte verhoging rente: «Bedreiging voor financiële stabiliteit»

De Nationale Bank van België (NBB) is geen voorstander van een koppeling van de rente op de spaarboekjes aan die van de ECB. Dat zegt de instelling in een advies dat ze vrijdag overmaakte aan de regering. De NBB vreest dat een koppeling «verstrekkende gevolgen zou hebben voor de rentabiliteit, het renterisicobeheer en de solvabiliteit van banken en bij uitbreiding voor de financiële stabiliteit.»

door
Belga
Leestijd 3 min.

De federale regering besliste vorige week een advies te vragen aan de NBB over een verhoging van de rente op spaarboekjes. Die rente op spaarboekjes is immers maar heel licht gestegen, en dat terwijl de rente die banken krijgen om hun geld te parkeren bij de ECB wel sterk de hoogte is ingegaan. De partij Vooruit had daarop voorgesteld om de rente van de spaarboekjes te koppelen aan die van ECB. En ook andere partijen drongen er op aan om de rente op de spaarboekjes verplicht te verhogen.

Gevaarlijk

In haar advies dat de NBB vrijdag overmaakte aan de regering, laat de Nationale Bank weten dat ze daar geen voorstander van is. «Ingrijpen in de minimumvergoeding van de spaarrekeningen zoals in de wetsvoorstellen (...) kan belangrijke ongewenste neveneffecten genereren en een reële bedreiging inhouden voor de stabiliteit van onze banksector en zo de financiële stabiliteit in het gedrang brengen», luidt het advies.

«De wettelijke ingreep zoals beschreven in de wetsvoorstellen kan daarentegen verstrekkende gevolgen hebben voor de rentabiliteit, het renterisicobeheer en de solvabiliteit van banken en bij uitbreiding voor de financiële stabiliteit», zegt de NBB ook. Zo vreest de Nationale Bank dat een en ander zich zal vertalen in hogere tarieven voor leningen aan gezinnen en bedrijven. Ingrijpen in de prijszetting van spaarrekeningen kan ook de financiering van leningen met een vaste rente bemoeilijken in de toekomst, zegt de NBB.

Sommige banken «extra gevoelig»

De Nationale Bank wijst er voorts op dat niet alle banken even veel inkomsten halen uit de spaarrente en dat sommigen daarom «extra gevoelig» zijn voor een dergelijke ingreep. «Voor banken met een hoog percentage spaarrekeningen tonen simulaties van de Bank dat dergelijke banken geconfronteerd zouden worden met zeer aanzienlijke verliezen als de geleidelijke transitie naar hogere rentevoeten op het spaarboekje plaats zou maken voor een overheidsingrijpen waarbij op een versnelde en abrupte wijze de vergoeding op het spaarboekje zou opgetrokken worden.» Met name kleine en middelgrote spaarbanken zouden kwetsbaar zijn.

Volgens de NBB vertegenwoordigt een rentestijging van 1,5% op de gereglementeerde spaarrekeningen een toename met 4,5 miljard euro van de te betalen rente op het uitstaande bedrag van 300 miljard euro, die de Belg momenteel op spaarrekeningen heeft staan. «Die meerkost weegt proportioneel gezien zwaarder door voor banken die zich hebben toegespitst op de financiële dienstverlening aan huishoudens.»

Vergoeding verhogen

De NBB raadt de banken intussen aan om verder werk te maken van een geleidelijke verhoging van de vergoeding van de gereglementeerde spaarrekeningen, die op termijn dichter bij de ECB-rente moet liggen. Daar is volgens de Nationale Bank zeker ruimte voor. «Mocht een dergelijke evolutie naar een hogere, maar marktconforme, vergoeding van het spaarboekje op termijn uitblijven, dan zou dat wijzen op een structureel probleem van concurrentie», zegt de NBB ook.

De Nationale Bank heeft ook de procedure opgestart om ook het advies van de ECB in te winnen.