The Lost King: «Vrouwen moeten dubbel zo hard knokken om hun doel te bereiken»

Van een koningin naar een koning is maar een kleine stap. Na ‘The Queen’ en ‘Victoria & Abdul’ gaat regisseur Stephen Frears voor zijn nieuwe film ‘The Lost King’ nog maar eens te rade bij het Britse koningshuis. De komedie baseert zich op historische feiten en toont hoe een amateur-geschiedkundige alles in het werk stelt om de beenderen van koning Richard III op te sporen... meer dan 500 jaar na zijn dood.

door
Stanislas Ide
Leestijd 4 min.

Wat intrigeerde je precies in dit verhaal over een vrouw, Philippa, die de stoffelijke resten van Richard III wil vinden om zijn reputatie in te herstellen?

Stephen Frears : «Ik zag er vanaf het begin een komedie in. Het idee van een Britse koning die begraven ligt onder de parking van een sociaal dienstencentrum is op zich namelijk behoorlijk geestig. Daarna kwam ik te weten dat Philippa het professioneel heel zwaar had gehad en dat de universiteit van Leicester haar slecht behandeld had. Al de elementen voor een goed en niet al te conventioneel verhaal zaten erin. Toen ik enkele maanden geleden eindelijk de echte Philippa ontmoette, vroeg ik haar of we dicht bij de waarheid hadden gemikt. En ze zei ja!»

‘The Lost King’ is ook het verhaal van een vrouw die niet ernstig genomen wordt in een mannelijk milieu. Hoe belangrijk is dat aspect?

«We hebben niets verzonnen. De universiteit en sommige professoren behandelden Philippa met veel minachting. En het toeval wil — of niet — dat het allemaal mannen waren. Het was dus een geval van marginalisering. In mijn ervaring krijgen vrouwen vaker te maken met uitsluiting dan mannen. Ze moeten dubbel zo hard knokken om hun doel te bereiken. Ik heb er dan ook nooit aan getwijfeld om het verhaal zo te belichten.»

Leicester, waar ‘The Lost King’ zich afspeelt, is ook de plek waar je zelf opgegroeid bent. Speelde dat mee in jouw beslissing om te film te maken?

«Ik vond het in elk geval grappig dat de beenderen van een oude koning gevonden werden op de plaats waar ik opgegroeid ben, en dat het mee gezorgd heeft voor zijn historische rehabilitatie. Al die jaren hebben we met zijn allen gewandeld over een plek die zo banaal leek. Het idee heeft iets charmants. Maar verder dan dat gaat het niet. Ik voelde geen Proustiaanse schok of zo toen ik naar de stad terugkeerde.» (lacht)

Had je in 2013 de hele zaak op de voet gevolgd?

«Ik las de kranten en kon erom lachen, maar ik had niet het gevoel dat ik er absoluut een film aan moest wijden. Ook al is het verhaal op zich even eigenaardig als lachwekkend, laten we eerlijk zijn. Zodanig lachwekkend dat het perfect Brits wordt.»

Hoe zou je de Britse toets omschrijven die buitenlandse kijkers in jouw films zien?

«Ik zou niet weten hoe ik het moet definiëren, maar ik weet wel dat ik in een serieus gestoord land woon! Het overlijden van de Queen bracht al die excentrieke trekjes weer helemaal naar boven. Het idee dat een monarchie en een parlementaire democratie naast elkaar bestaan is om te beginnen al twijfelachtig. Als je er woont, word je wereldbeeld onvermijdelijk beïnvloed door al de nonsens die je om je heen ziet. Daar had Lewis Carroll het trouwens al over in zijn boeken.»

Je steekt niet weg dat je een overtuigde republikein bent, maar na ‘The Queen’ en ‘Victoria & Abdul’ is dit wel al je derde film waarin het koningshuis aan bod komt. Hoe verklaar je die fascinatie?

«Ik ben grootgebracht in een zeer traditioneel milieu, waar geschiedenisonderwijs bijzonder veel aandacht kreeg. Ik kan bijvoorbeeld zonder enige moeite alle koningen en koninginnen van Engeland opsommen. Chronologisch. Ik veronderstel dat het een blijvende impact heeft gehad op mij, ook al besefte ik later dat er buiten het koningshuis ideeën te rapen vielen die stukken interessanter waren. Los daarvan benader ik elk script op dezelfde manier: ik lees het en ik vraag me af of het me interesseert. Neem nu ‘The Queen’. Fictie of niet, het verhaal van een koningin die niet weet hoe ze moet reageren op de dood van een schoondochter die de lieveling was van een heel volk is op zich boeiend. Punt uit.»

Je films zijn steeds vaker gebaseerd op feiten. Is daar een reden voor?

«Het klopt wat je zegt, maar het is geen bewuste zet of een uiting van een filosofisch standpunt. Tegelijk is de Britse politiek pakweg de laatste twintig jaar zodanig dramatisch dat ik waarschijnlijk de overtuiging heb ontwikkeld dat je niets meer kunt verzinnen wat interessanter is dan de realiteit.»

‘The Lost King’ speelt momenteel in de zalen.

Review **

Moet je vasthouden aan je obsessies als je er deugd van hebt? Philippa Langley (rol van Sally Hawkins) lijdt aan chronische vermoeidheid en voelt zich zowel in haar werk als haar familie onderdrukt. En dan voelt ze tijdens een voorstelling van ‘Richard III’ een vonk van inspiratie. In zijn toneelstuk zet Shakespeare de vorst neer als een monster, en Philippa vindt het niets minder dan een ordinaire lynchpartij. Samen met de excentrieke leden van de ‘Richard III Society’ begint de amateur-historica aan een slopende maar ook lonende speurtocht. In zijn nieuwe komedie, gebaseerd op feiten van een jaar of tien geleden, voert Stephen Frears verschillende door en door Britse trekjes op, zoals de bende gebrilde nerds of de bijna kitscherige eenvoud van de fantasieën waar de koning met het hoofdpersonage komt praten. Alleen mist dit onderzoek — finaal weinig avontuurlijk — de narratieve jus die Frears wel vond in ‘Philomena’, ‘The Queen’ en ‘Tamara Drewe’. Gelukkig redt Sally Hawkins, zoals altijd onberispelijk, nog de meubelen.

Kijk hieronder naar de trailer: