SOUNDCHECK. GOOSE zet zijn permanente metamorfose voort op ‘Endless’: «In ons hoofd zijn we nog altijd beginnende»

GOOSE is back, bitches! Na een radiostilte van vijf jaar serveert het Kortrijkse kwartet ‘Endless’, een broeierige hutsepot van gitaren, synths, pompende drums en dromerige vocalen. Na twee decennia klinkt de elektropopband nog zo fris als een hoentje. Het viertal vindt zichzelf naar eigen zeggen keer op keer uit, waardoor sleet op GOOSE geen vat krijgt. Allergisch aan de status quo, heet dat dan.

door
Quentin Soenens
Leestijd 6 min.

Dag heren. ‘Endless’ is het eerste album van GOOSE in vijf jaar: vanwaar die lange tussenpauze?

Mickael Karkousse: «We waren zelf ook verrast toen we hoorden dat het al vijf jaar geleden was. Tussen ‘What You Need’ en deze plaat zijn er tal van projecten geweest, we hebben niet stilgezeten. We zijn verhuisd naar onze nieuwe studio, Safari Studios, waar we in 2018 het project ‘Non Stop’ gestart zijn; een herwerking van onze nummers om ze live te brengen. Daarna zijn we begonnen aan wat uiteindelijk de ‘Something New’-EP is geworden. En die heeft dan weer geleid naar deze plaat. Er is in die vijf jaar dus heel veel gebeurd.»

«Tegelijk hebben we elkaar ook de ruimte gegeven om andere dingen te doen, buiten GOOSE om. Als je lang bezig bent als groep, kan dat op een bepaald moment verstikkend worden. Da’s het punt waarop veel bands splitten. Iedereen heeft op een bepaald punt in zijn leven zin om andere dingen uit te proberen. Dat toelaten was voor ons de grote vrijheid. Het beste wat we konden doen voor GOOSE, is elkaar die vrijheid geven. Iedereen mocht zijn eigen pad bewandelen. Dat was heel moedig van ons, en zeker niet evident. Het onderlinge respect is de lijm die deze groep bij elkaar houdt.»

De nieuwe boreling kreeg de naam ‘Endless’ mee: verklaar jullie nader?

Karkousse: «De betekenis erachter is gegroeid. Eerst en vooral hebben we de plaat genoemd naar het nummer ‘Endless’, over hoe schoon het is dat een lange relatie altijd maar mooier kan blijven worden. Dat kan je ook toepassen op ons, hebben we achteraf pas beseft: we proberen onszelf altijd te verrassen en uit te dagen, en het wordt eigenlijk altijd maar mooier. Er is ook geen eindpunt – in ons hoofd zijn we nog altijd beginnende. Die song voelde bij alle vier aan als een enorme trip. Het bevat alles wat we willen vertellen, bedoelen en zelf willen horen. Dat nummer was de blauwdruk voor alles wat nadien kwam. Elke song die volgde, bevatte een element uit ‘Endless’.»

Het album is geschoeid op een ninetiesleest. Komt die voorliefde voor de nineties voort uit het feit dat jullie nineties kids zijn?

Karkousse: «Onze intentie was zeker niet om een pure jaren 90-plaat te maken. Hoe onze gitaren klinken doet inderdaad denken aan The Smashing Pumpkins en My Bloody Valentine, maar dat is slechts een klein aspect van de plaat.»

Dave Martijn: «Toen we aan de plaat begonnen, was er geen concept. Het album is heel organisch tot stand gekomen.»

Karkousse: «Muziek kun je moeilijk onder woorden brengen, dus moet je voor elkaar een soort taal ontwikkelen om emoties te vertalen. Bij ons was dat die ninetiesgitaar, dat wall of sound-achtig gegeven. We wilden geen gitaren om de gitaren; voor ons draaide het vooral om het live spelen en het losgekoppeld zijn van computer en voorgeprogrammeerde synths. Het pure speelplezier was de motor achter de plaat.»

Bert Libeert: «Op ‘Endless’ wilden we vooral een emotie naar voor schuiven, de sound is ondergeschikt.»

Waren jullie die computer en voorgeprogrammeerde synths zat?

Karkousse: «Kijk, GOOSE is constant aan het balanceren tussen veel elektronica, veel gitaren en een combinatie ervan. GOOSE heeft een aantal facetten, en bij iedere plaat neemt één facet de bovenhand. ‘What You Need’ was de meest luchtige, poppy plaat van GOOSE, en van de weeromstuit hadden we zin in iets anders. Toen kwam ‘Non Stop’: serieus knallen en feesten. Die Pukkelpopshow was daar de culminatie van.»

Tom Coghe: «Die show was heel dansgericht. We wilden weer gitaar en bas spelen zoals op de eerste plaat. Dat live-gegeven voelen.»

Libeert: «We zijn een soort organisme dat steeds verandert. Als individu verander je, maar als groep ook. En dat vertaalt zich in onze muziek. Er zijn voorbeelden zat van muzikanten die mordicus hetzelfde blijven doen en daar zodanig in uitblinken dat ze door de decennia heen relevant blijven. Bij ons werkt dat niet.»

Jullie zijn allergisch aan de status quo?

Martijn: «Inderdaad. Er is ook zoveel te ontdekken. Het is chic dat we met z’n vieren andere dingen kunnen ontdekken.»

Libeert: «Die afwisseling zorgt er ook voor dat we vrij uniek zijn in het muzieklandschap. Er zijn weinig bands die doen wat wij doen. Onze sound bevat vage echo’s van Les Rythmes Digitales, Phoenix, Air en Daft Punk: die cocktail is de gemeenschappelijke taal die we hebben ontwikkeld. Maar die referenties hebben we nu niet meer nodig, omdat we elkaar zo goed begrijpen. Tijdens het maken van songs refereren we nu naar ons eigen werk. ‘Die bas vanop ‘Control’ zou heel goed passen op dit of dat’, bijvoorbeeld. We zijn een referentie geworden voor onszelf.»

Martijn: «In het prille begin hoorde ik een riff van Led Zeppelin, en bedacht ik een gelijkaardige riff voor GOOSE. Nu zijn die referenties naar andere bands en artiesten veel minder uitgesproken.»

GOOSE bestaat nu al twee decennia, een periode waarin het muzieklandschap en de muziekconsumptie fel veranderd zijn. Is het volgens jullie vandaag de dag moeilijker om muzikant te zijn dan toen jullie net begonnen?

Karkousse: «Die vraag komt om de zoveel jaar terug. Eerlijk gezegd vind ik dat een vraag voor oude mensen. (lacht) De wereld staat niet stil, hé. Ja, het is nu anders, maar de realiteit is ook gewoon wat het is. Je moet daar niet te veel over tobben. Is het nu moeilijker voor sommige muzikanten? Zij die het nu lastig hebben, zullen klagen dat het vandaag de dag moeilijker is voor hen. Jonge muzikanten vinden het nu de max: zij kunnen met software van dertig euro een wereldhit maken.»

Libeert: «Vroeger waren de mogelijkheden beperkt en instrumenten heel duur. Ik denk dat de prijs een grote drempel was voor veel creatievelingen. Nu alles beschikbaar en betaalbaar is, kan iedereen zich uiten. Dat leidt volgens mij tot heel veel mooie muziek.»

Coghe: «Nu kan je als het ware in je slaapkamer een topplaat maken. Het is veel democratischer geworden, maar dat zorgt er natuurlijk voor dat er veel meer muziek gemaakt wordt. Waardoor het moeilijker wordt om op te vallen en opgepikt te worden.»

Karkousse: «Goede muziek maken is niet moeilijker of makkelijker geworden dan vroeger. Een doorbraak forceren, da’s andere koek. Vroeger moest je deelnemen aan een muziekconcours als de Rock Rally om vermeld te worden in de media. Dat was keihard: enkel de besten stonden in de schijnwerpers. Nu heb je heel veel zelf in de hand.»

Martijn: «Wij hebben wel de luxe gehad dat we tijd kregen. We hebben de identiteit van onze groep kunnen onderzoeken.»

Nu corona zo goed als achter de rug is: wat is de belangrijkste les die jullie getrokken hebben uit die shitstorm?

Coghe: «Een doel hebben en de moraal hooghouden. En de bevestiging dat wat GOOSE doet, echt de moeite waard is. We zijn heel vastberaden dat dit is wat we willen doen en zullen blijven doen.»

Karkousse: «Bij mij is ook het besef gekomen dat er niets anders in de wereld is dat ik zou willen doen. Wij kunnen mensen blij maken met onze muziek, en da’s iets heel schoons

‘Endless’ verschijnt morgen. GOOSE speelt op 31 maart en 1 april in de Ancienne Belgique in Brussel.