Baloji tovert met beelden in zijn Oscarnominatie ‘Augure’: «Dit is ‘Kuifje in Afrika’ niet»

Baloji had zijn stempel al gedrukt op de wereld van de muziek (eerst als lid van de rapgroep Starflam, daarna solo) en de mode. Met zijn eerste langspeelfilm ‘Augure’ heeft hij nu ook de poort naar de cinema opengebeukt. We volgen vier personages in Congo, verenigd door de kracht en het gewicht van geloof en bijgeloof. ‘Augure’ won in Cannes de prijs ‘New Voice’ en is ook de Belgische kandidaat voor de Oscars. Kan tellen als visitekaartje.

door
Stanislas Ide
Leestijd 4 min.

Je had eerder al enkele videoclips en de kortfilm ‘Zombies’ gemaakt. Zie je ‘Augure’ als een verderzetting of toch vooral al een nieuwe stap?

Baloji: «Als het begin van iets nieuws, want het is niet dezelfde discipline. Het is alsof je een estafette vergelijkt met een marathon. Wel hebben mijn videoclips en mijn kortfilm me de moed gegeven om me de visuele grammatica toe te eigenen. Om vertelstructuren te ontwikkelen in dienst van een langer verhaal. ‘Augure’ blijft een eerste film. Hij is zeker niet perfect. Maar die oneffenheden zijn keuzes die ik zelf heb gemaakt en waar ik trots op ben.»

De film begint met het personage Koffie, gespeeld door Marc Zinga, die zich klaarmaakt om voor het eerst in 18 jaar terug te keren naar Congo. En dan krijgt hij een epilepsie-aanval.

«Die had ik vroeger zelf ook. Ik ben ook heel lang dyslectisch geweest. En al die ziekten die je als kind ontwikkelt, kunnen in Congo beschouwd worden als abnormaal, een verlies van zelfcontrole. Ik zal niet beweren dat hekserij het hoofdonderwerp is van de film, maar het idee van geloof staat wel centraal. Zonder er een oordeel over te vellen, weliswaar. Dit is ‘Kuifje in Afrika’ niet. De film bevindt zich op de scheidingslijn tussen het heilige en het wereldlijke. Het geloof en de plaats van religie vormen de structuur van onze maatschappij. Vorige zomer heb ik anderhalf miljoen katholieke jongeren zien samenkomen in Portugal. Terwijl ik dacht dat niemand nog naar de kerk ging. Je moet aanvaarden dat bepaalde mensen het belangrijk vinden om zich vast te hechten aan geloof. Anderen hebben dat niet nodig.»

Hoe kwam je op het idee om een verhaal te vertellen met vier standpunten?

«Ik wou vermijden dat ik zou vervallen in didactiek en voorspelbaarheid. Aan de ene kant heb je Koffi, die het er moeilijk mee heeft dat zijn familie in Congo hem beschouwt als een heks. Paco omarmt die beschuldiging echter. ‘Behandel me als een hond en ik zal bijten als een hond’, zegt hij. Tshala, de zus van Koffi, weigert om in de rol van moeder gedwongen te worden. Haar moeder, Mujila, legt zich dan weer automatisch neer bij de aloude tradities. Eigenlijk vind ik haar het echte hoofdpersonage uit de film, want zij heeft het interessantste parcours.»

Je regie is bijzonder poëtisch. Je voelt dat je de kijker vooral geen voorgekauwd verhaaltje wilt opdringen.

«Dat heb ik geleerd in mijn muzikale carrière. Om de woorden van de Franse zanger Joseph d'Anvers te lenen: ‘Je stapt een liedje binnen voor de muziek, je blijft voor de tekst’. Ik hou van het idee dat ik een oeuvre zou kunnen opbouwen dat je op verschillende manieren kunt bekijken. Dat iedereen er een eigen interpretatie aan kan geven. Dat spreekt me aan.»

Je bent al langer actief in de muziek- en mode-industrie. Hoe vind je je ervaring in de filmwereld tot nu toe?

«Het is zeker een voordeel dat ik al andere dingen heb gedaan. In de muziekwereld heb ik de cultuur van show, schijn en glitter gezien. Ik kan 250 groepjes en artiesten noemen die de hemel ingeprezen werden en twee jaar later compleet in de anonimiteit zijn verdwenen. De filmindustrie is wat dat betreft niet meer dan een uitvergrote versie van de muziekindustrie. We vinden dingen geweldig, dan weer verschrikkelijk, en dan weer geweldig… Je moet alles relativeren en niets aan je hart laten komen. Anders loop je verloren.»

Is dat ook de instelling waarmee je campagne wilt voeren voor de Oscars?

«De bedoeling is om de film te gaan voorstellen in Los Angeles. Maar om eerlijk te zijn heeft het veel gemeen met banale verkiezingscampagnes. Je moet mensen uitnodigen, hen overtuigen, dat soort dingen. De films die het uiteindelijk halen, moeten daar astronomische bedragen voor uitgeven! Ik weet niet of mijn film past in die logica. Maar we hebben niets te verliezen. En het biedt ons de kans om het pad te effenen voor wat nog moet komen en ons in het buitenland te laten opmerken.»

Review Augure: 3/5

Baloji had al indruk gemaakt als muzikant en mode-ontwerper. Zijn eerste uitstap in de filmwereld bevestigt zowel zijn creativiteit als zijn eigenzinnigheid. Dat merk je om te beginnen aan het verhaal, dat ver weg blijft van de platgetreden paden. Alles draait rond vier personages die om uiteenlopende redenen door hun omgeving beschouwd worden als ‘heksen’. Daar verwijst ook de titel ‘Augure’ (‘Voorteken’) naar, want de film heeft het over de levenspaden die we zelf uittekenen en die anderen ons willen opleggen. Al even uniek is de bloedstollende mooie manier waarop Baloji die kruisende verhaallijnen op het scherm schildert. Dat hij visueel talent in de vingers heeft, liet hij al zien met zijn videoclips. In ‘Augure’ duwt hij zijn voorliefde voor poëtische beelden nog wat verder door, en dompelt hij ons onder in de tradities en moderniteit van de Democratische Republiek Congo. Het ambitieuze scenario verdwaalt soms wat in omzwervingen die het geduld op de proef stellen, maar het visuele spektakel houdt je aan je stoel gekluisterd. België toont zich in elk geval vooruitstrevend door met deze film naar Hollywood te trekken. (si)

Alles wat je echt wilt weten vind je op Metrotime.be