Nieuwe film van Luc Bessons: «Ik werk liever met honden dan met andere acteurs»

Je hebt niet per se een uitmuntende film nodig om indruk te maken. Wat hoofdrolspeler Caleb Landry-Jones (‘Get Out’, ‘Three Billboards’) bijvoorbeeld laat zien als de getormenteerde en eigenaardige hondenvriend Douglas in Luc Bessons drama ‘Dogman’ is niet minder dan memorabel. Metro ontmoette de Texaanse acteur op het festival van Venetië.

door
Ruben Nollet
Leestijd 4 min.

Jouw personage, Douglas, is aan een rolstoel gekluisterd en heeft enkel een grote roedel honden als vrienden. Klopt het dat je de rol wou spelen omdat je met echte honden zou werken in plaats van met computereffecten?

Caleb Landry-Jones (foto) : «Dat is niet de enige reden maar het speelde zeker mee. Ik heb niets tegen speciale effecten. Ik heb er ook al mee gewerkt [in ‘X-Men: First Class’ bijvoorbeeld, nvdr.]. Maar als ik met dieren moet acteren, is het gewoonlijk veel gemakkelijker voor mij als die er ook echt zijn. Ik heb er ook van genoten om met hen samen te werken. Eigenlijk vond ik het aangenamer dan met menselijke acteurs.» (lacht)

Je personage komt pas echt tot leven wanneer hij bij zijn honden is of wanneer hij zich verkleedt en playbackt op een podium. Hoe interpreteer je die liefde voor theater?

«Douglas is iemand die nooit liefde heeft gekend. Zijn moeder liet hem in de steek en zijn vader sloot hem op bij de honden. Pas toen hij op school een lerares drama ontmoette, veranderde zijn leven. Zij maakte hem duidelijk dat hij als acteur om het even wie kon zijn. Maar ook daar loopt het fout, want hij wordt verliefd op haar en hij beeldt zich in dat zij hem ook graag zou kunnen zien, ook al kunnen ze nooit seks hebben. Wanneer hij de waarheid begrijpt, verdringt hij die romantische gevoelens en kanaliseert ze in zijn performances.»

Vind je de manier waarop Douglas vlucht in zijn personages herkenbaar? Is dat iets wat je zelf ook soms doet?

«De reden waarom ik Texas heb verlaten en naar Los Angeles ben verhuisd, is dat ik dacht dat daar plaats voor mij was. Ik was naïef en onwetend genoeg om te denken dat ik een fantastische acteur zou zijn. Eén van de beste zelfs. Idioot die ik was. (lacht) Met ouder worden is mijn blik veranderd. Nu hoef ik niet meer de beste te zijn. Ik probeer gewoon zo goed mogelijk mijn job te doen.»

Put jij er evenveel voldoening uit als Douglas?

«Daar sta ik niet echt bij stil. Ik geniet zeker van het werk. Cinema is mijn obsessie. Het is de plek waar ik als kind naartoe ging om te ontsnappen. Maar dat geldt ook voor de muziek die ik maak en mijn tekeningen en mijn foto’s. Dat zijn echter dingen die ik op mezelf kan doen. Cinema is per definitie groepswerk. Je bouwt samen een berg. Iedereen is even belangrijk en je kunt niet zonder elkaar. Dat vind ik heel mooi, en het is iets wat ik nog niet helemaal begrijp. Maar ik weet dat het mijn job is om naar mijn beste vermogen een specifiek stukje te zijn in die grote puzzel.»

Kende je de films van Luc Besson voor je aan ‘Dogman’ begon?

«Ik had er al veel gezien, ja. Niet allemaal maar genoeg om zijn stijl en toon te herkennen. Hij heeft me zeker beïnvloed toen ik jonger was. Ik wist ook dat hij geen schrik heeft om te maken wat hij in zijn hoofd heeft, en dat is een kwaliteit die ik enorm bewonder in kunstenaars. Ik hoop dat ik het zelf ook doe. Ik was dus behoorlijk onder de indruk toen ik vernam dat hij mij wou ontmoeten. Ik dacht ‘Oké Caleb, maak gewoon dat je op tijd bent en wees jezelf!’.» (lacht)

Heeft de ervaring op de set jouw indruk van hem bevestigd?

«Ik heb nooit iemand met zoveel gemak zien regisseren. Het was alsof hij elke dag een goocheltruc uit zijn mouw schudde. Elke dag deed hij iets wat me krankzinnig leek, maar hij probeerde het en kreeg het ook voor elkaar. Ik heb al met een hoop regisseurs gewerkt, en ik denk dat de meesten al na een week opgestapt zouden zijn bij deze film. Maar Luc begrijpt hoe je chaos kunt controleren op een manier die totaal niet chaotisch aanvoelt. Integendeel, hij zorgt ervoor dat je er energie uit put.»

Review **

Toen Luc Besson een voornaam moest verzinnen voor het hoofdpersonage in zijn nieuwe film ‘Dogman’, over een jongen die door zijn sadistische familie opgesloten wordt tussen de honden, koos hij ervoor om hem ‘Douglas’ te noemen. Of liever: Doug. ‘Doug’/‘dog’, snap je hem? Het is maar één voorbeeld van de geweldige subtiliteit waarmee Besson zijn verhaal uit de doeken doet. Naar aloude gewoonte bouwt hij zijn plot rond een kapstok waar al ontelbare andere films aan gehangen hebben, en de wendingen die hij bedenkt, zetten je zelden of nooit op het verkeerde been. Maar de film heeft wel één enorme troef in zijn mouw: hoofdacteur Caleb Landry-Jones. Hij zorgt er eigenhandig voor dat je Bessons botte vertelstijl vergeet en gefascineerd blijft kijken. Pathetisch maar toch gevoelig, verontrustend maar toch menselijk, verbitterd maar toch romantisch, het is een vertolking met evenveel schakeringen als een regenboog.

‘Dogman’ speelt momenteel in de zalen.

Alles wat je echt wilt weten vind je op Metrotime.be