Hoe kon de situatie aan Brussel-Zuid zo ontsporen? «Het is dramatisch»

Brussel-Zuid is het drukste station van ons land, maar meteen ook het gevaarlijkste. Uit recente cijfers blijkt dat er elke dag ongeveer tien criminele feiten gepleegd worden. Het gaat om diefstallen, afpersing, drugsfeiten, steekpartijen en gevechten. Vorige week slaakte NMBS een noodkreet: «We beschikken niet over de middelen, noch over de bevoegdheden om dit probleem alleen op te lossen.» Hoe is het zover kunnen komen?

door
Lien Delabie
Leestijd 3 min.

Elke dag nemen meer dan 50.000 mensen de trein aan het Zuidstation. Niet alleen is het een kruispunt voor pendelende scholieren en werknemers, maar ook voor internationale reizigers. Wanneer zij met de Thalys of Eurostar sporen naar ons land, is het eerste dat ze te zien krijgen niet de bruisende stad die Brussel is, maar een station dat geteisterd wordt door toenemende veiligheidsproblemen en een hardnekkige urinegeur. Een getuigenis van een Antwerps gezin dat er eind juli een nacht gestrand was, tartte de verbeelding. Zij zagen het ene incident na het andere voor hun neus afspelen: «We zagen mensen aangevallen en overvallen worden. Er werd zelfs iemand neergestoken. Het leek net een film.»

Criminele hotspot

Recente cijfers, opgevraagd door N-VA-Kamerlid Tomas Roggeman bij minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (cd&v), bevestigen de alarmerende berichten. Daaruit bleek dat er jaarlijks rond het Zuidstation evenveel criminele feiten plaatsvinden als in alle stations van de dertien Vlaamse centrumsteden samen. In 2020 en 2021 ging het om 3.500 misdrijven in en rond het station, ongeveer tien per dag.

Rond het Zuidstation komen verschillende probleemgroepen samen, de ene al meer georganiseerd dan de andere. Vaak zijn het dievenbendes die het gemunt hebben op onoplettende reizigers. Sinds de snelle opmars van crack, een erg verslavende en rookbare variant van cocaïne, ziet het station ook een toename aan gebruikers die hun toevlucht nemen tot diefstal om hun verslaving te financieren. Vaak zijn die incidenten heviger en gewelddadiger. In augustus werd een 58-jarige man neergeslagen met een losliggende tegel. Overvallers gingen aan de haal met zijn fiets, portefeuille en smartphone. Af en toe wordt iemand opgepakt, maar meestal laat het parket hen de dag erna weer vrij, waarna ze hun criminele activiteiten gewoon verderzetten.

Twee lege combi’s

De NMBS nam al extra maatregelen, waarbij extra teams van Securail ingezet werden. Ook werd een samenwerking met de spoorwegpolitie uit de grond gestampt. Maar bij de spoorwegpolitie klinkt in verschillende kranten hetzelfde geluid: er is een gebrek aan middelen en capaciteit. Dat tekort aan werkkrachten blijkt ook uit de intussen bekende zichtbaarheidsactie van de politie: sinds enkele weken parkeren ze twee lege politiecombi’s aan het station voor een afschrikkend effect. Daarbij kampt het station met «een typisch Belgische problematiek», zegt Sarah Frederickx, woordvoerder van politiezone Zuid aan VRT NWS. «Er is geen eenheid van commando. Alles wat binnen in het station gebeurt is de verantwoordelijkheid van de federale politie, terwijl alles erbuiten op ons bord terechtkomt.»

Het Brussels parket erkent dat de bestaande maatregelen niet voldoende zijn. «We proberen de schaarse middelen zo goed mogelijk aan te wenden volgens de gekende prioriteiten: drugs, intrafamilaal geweld, zeden. Voor de rest – en dus ook voor het Zuidstation – werken we met concrete dossiers. Voor het Zuidstation is dat het aanpakken van de veelplegers», klonk het aan Het Nieuwsblad.

Hoe moet het verder?

De roep om actie klinkt steeds luider. Sophie Dutordoir, CEO NMBS, noemde vorige week de situatie «dramatisch» in een open brief. Daarin pleit ze «met aandrang» voor een gecoördineerde aanpak van de verschillende partners. NMBS vraagt ook om het toekomstige politiecommissariaat dat in de buurt van Brussel-Zuid zou komen te huisvesten in het Zuidstation zelf. De brief is gericht aan de minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Rudi Vervoort (PS), de federale minister van Mobiliteit Georges Gilkinet (Ecolo), de federale minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) en de burgemeesters van Sint-Gillis Jean Spinette (PS) en Anderlecht Fabrice Cumps (PS). De stevige lijst aan geadresseerden raakt aan de kern van het probleem. Door het versnipperde beleid wordt de zwartepiet doorgespeeld tussen de verschillende niveaus. In een reactie aan Belga liet minister Verlinden weten dat ze overleg tussen alle lokale overheden, actoren en betrokken politiediensten aanmoedigt. Toch zegt ze dat «een initiatief ter zake moet komen van de Brusselse minister-president, die een coördinerende bevoegdheid heeft om deze problematiek aan te pakken». Ze wijst er meteen ook op dat de Federale Spoorwegpolitie zo goed als op getalsterkte is in Brussel en «tijdens de drukke zomerperiode bovendien wordt versterkt door andere diensten».