Duurt de zomervakantie te lang?

Bij de start van het nieuwe schooljaar pleit het GO! gemeenschapsonderwijs opnieuw voor een kortere zomervakantie. In het Franstalige onderwijs openden de schoolpoorten voor het tweede jaar op rij een week vroeger dan in het Vlaamse. Volgens het GO! is er intussen voldoende wetenschappelijk bewijs dat de voordelen van die nieuwe schoolkalender aantonen. Moeten we het Franstalig onderwijs volgen?

door
Lien Delabie
Leestijd 4 min.

Sinds 2022 werkt het Franstalig onderwijs in Brussel en Wallonië met een andere schoolkalender. Die scholieren hebben afwisselend zeven lesweken en twee weken vakantie. De zomervakantie duurt dan wel maar zeven weken in plaats van negen. In plaats daarvan duurt hun herfst- en krokusvakantie een week langer. Concreet betekent dat dat die scholieren al sinds maandag 28 augustus op de schoolbanken zitten. Vrijdag 5 juli 2024 is hun laatste schooldag.

Die nieuwe regeling stond in het regeerakkoord van de Waalse regering, en werd in het schooljaar van 2022-23 uitgevoerddoor onderwijsminister Caroline Désir (PS). «Deze hervorming heeft dertig jaar in de steigers gestaan», verklaarde haar woordvoerder deze zomer nog aan Knack, die herhaalde dat ze dit graag gecoördineerd hadden met de Vlaamse Gemeenschap. «Helaas, op het kabinet van Vlaams onderwijsminister Ben Weyts (N-VA) hoorden we telkens weer dat er geen draagvlak was.»

Een kwarteeuw debat

Wanneer het debat in Vlaanderen gevoerd wordt rond de hernieuwde schoolkalender, wordt er inderdaad vaak gewezen naar het draagvlak, of het gebrek eraan. In Vlaanderen zijn er wel degelijk voorstanders, maar de meningen zijn erg verdeeld. Wij nemen een duikje in meer dan 25 jaar debat.

Het debat over de schoolkalender is niet nieuw. Bijna nergens ter wereld is de zomervakantie zo lang en dat de paasvakantie ieder jaar op een ander moment valt, is op zijn zachtst gezegd omslachtig te noemen. Daarom liet de socialistische onderwijsminister Luc Van den Bossche in de jaren negentig een onderzoek uitvoeren over die kwestie. In 1997 bracht VUB-socioloog Ignace Glorieux drie rapporteren uit, waarbij het scenario met zeven weken les, afgewisseld met twee weken vakantie, er het beste uitkwam. De voordelen waren duidelijk: een kortere vakantie creëert minder zomerverlies. Nu vervaagt veel van de kennis en vaardigheden die scholieren aan het eind van het schooljaar wel nog hadden. En hoe langer een vakantie duurt, hoe meer leerstof verloren gaat. Bovendien is dat verlies groter bij anderstalige leerlingen, minder sterke leerlingen of leerlingen uit kwetsbare gezinnen. «In september halen ze die achterstand wel weer in, maar intussen is de rest van de klas vaak al weer verder», herhaalde Glorieux in Bruzz. «Dat leidt tot B- of C-attesten, vaak ook tot afhaken.» Een lange vakantie wakkert de ongelijkheid in het onderwijs volgens hem aan.

Verdeeldheid

Uiteindelijk gebeurde er niets met het rapport, al lag het debat nooit stil. Vandaag zijn de meeste onderwijsexperts voor het inkorten van de zomervakantie. Onder de scholenkoepels is het GO! gemeenschapsonderwijs al jaren grote voorstander. Katholiek Onderwijs Vlaanderen en OVSG zijn terughoudender. Ook de Vlaamse Confederatie van Ouders en Ouderverenigingen (VCOC) toonde zich eerder al verdeeld. Al zien zij ook voordelen: twee maanden lang opvang vinden voor je kinderen is niet evident. Begin deze zomer getuigden tientallen ouders over de wachtlijsten van zomerkampen en de intensieve planlast die vaak al in januari begint.

Maar ook de tegenstemmen klinken luid. In 2022, kort na de invoering in het Franstalig onderwijs, liet de Vlaamse Scholierenkoepel (VSK) weten dat acht op de tien scholieren een verkorte zomervakantie niet ziet zitten. Ook bepaalde vakbonden en leerkrachten zijn gekant tegen het systeem. Een vakantie van zeven weken zou niet lang genoeg zijn om de batterijen op te laden, is een van de argumenten. Daarnaast raakt die hervorming aan de hele samenleving, aangezien ook de toeristische sector, het openbaar vervoer, de vakantieregeling van ouders en horeca afgestemd is op de schoolkalender. «Zo’n herindeling moet dan ook grondig voorbereid worden», erkent ook Glorieux.

Weyts wil draagvlak

Bij minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) is er één jaar na de invoering maar weinig animo om het debat nieuw leven in te blazen. Hij wijst erop dat volgens de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) en de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) momenteel geen draagvlak is om het schooljaar anders in te delen. «Iedereen is het erover eens dat er leerverlies optreedt bij een vakantie, maar dat vraag is wanneer dat gebeurt», verklaart hij. «Ik sluit niets uit voor de toekomst, maar voor we iets veranderen, moet er enige wetenschappelijke evidentie zijn.»

Was de waalse hervorming een succes?

Het is nog te vroeg om een definitieve evaluatie te maken van de hernieuwde schoolkalender. Over het algemeen oogt de balans positief. «Koepels, directies en ouderverenigingen zijn enthousiast over het mentale welzijn van de leerlingen», liet de woordvoerder van de Waalse onderwijsminister weten aan het eind van het schooljaar. Ook leerkrachten zijn tevreden met de betere spreiding van de werklast. Al zijn er uiteraard ook nog werkpunten. Veel ouders stootten op problemen bij hun zoektocht naar opvang in de langere herfst- en krokusvakantie. Daarnaast is het niet evident voor Brusselse gezinnen om hun vakanties te plannen, aangezien de stad met de twee kalenders werkt. Tot slotis de schoolkalender van het hoger onderwijs nog niet gevolgd. Dat staat nu ook op de planning. Daarbij zou het eerste semester aflopen vlak voor de kerstvakantie, en het tweede semester eind mei. Herexamens zouden dan begin juli vallen in plaats van eind augustus en begin september.

Alles wat je echt wilt weten vind je op Metrotime.be